Er zijn momenten, dat je begrijpt waarom oma zijn soms beter is dan gewoon ouder. Van beppe in Nederland heeft Nathalie een tijdje terug een heel mooi cadeau gekregen, een setje van zes Nijntje viltstiften. Nathalie heeft nu door dat ze daar heel creatief mee kan zijn en af en toe ook op plaatsen waar pappa en mamma het liever niet hebben. Zo presteerde ze het gisteren om samen met haar nichtje Machabat om de metalen poort vol te tekenen. Vol trots kijkt ze hier naar het door haar in Picasso stijl gemaakte kunstwerk.
Hartelijk dank voor dit fijne present, beppe!
We zijn op dit moment hard bezig om een verblijfsvergunning voor mij in Kazachstan te regelen. Onderdeel daarvan is een medische keuring en een test naar AIDS en tuberculose. Vanochtend zijn Elmira en ik naar de polikliniek in het dorp gegaan voor het algemene onderzoek en bloedafname voor de AIDS test. De polikliniek in Zhabagly is niet nieuw meer, de meeste apparatuur is gedateerd en hier en daar is de tand des tijds zichtbaar, maar op de kwaliteit van het personeel valt weinig aan te merken. Zo’n zeven vrouwen werken hier voor het medisch welzijn van de dorpsbevolking van zo’n tweeduizend zielen. Eenvoudige onderzoeken kunnen in-huis worden gedaan in het eigen laboratorium, voor grotere onderzoeken wordt bloed opgestuurd naar gespecialiseerde klinieken in Shymkent.
Het bloedprikken ging uitermate probleemloos. In Nederland heeft men—onder de grote werkdruk—vaak moeite om in mijn mollige armen een goed kandidaat-bloedvat te vinden, maar hier zocht de verpleegkundige eerst zorgvuldig op gevoel een paar diepliggende aderen, desinfecteerde de locaties en prikte vervolgens foutloos en pijnloos aan. Geen gemier met nog maar eens proberen, ergens anders zoeken en dergelijke. Het bloed wordt naar Shymkent gestuurd voor de AIDS analyse en over een paar weken volgt bericht.
Overigens ben ik niet de enige die een AIDS test moet ondergaan. Zoals in Nederland een paar maand geleden in het nieuws is geweest zijn in een ziekenhuis in Shymkent een aantal kinderen besmet geraakt met het HIV virus. Tot nu toe zijn zeven kinderen aan de gevolgen daarvan overleden. Dit incident heeft ondermeer de kop van de minister van volksgezondheid gekost. Om goed in kaart te krijgen hoe het met de AIDS verspreiding in Kazachstan zit is een grootscheeps bevolkingsonderzoek gestart waarbij uiteindelijk iedereen een test moet ondergaan. Zwangere vrouwen krijgen voorrang in dat onderzoek en Elmira heeft daarom vanochtend samen met mij bloed afgestaan.
We zijn nog niet klaar met de medische rondgang. Naast het algemene onderzoek moet ook nog een chirurg, neuroloog en een aantal andere specialisten waarvan ik de vertaling vanuit het Russisch naar het Nederlands niet ken, hun mening over mijn gezondheidstoestand geven. Bovendien is een Röntgenfoto nodig om te kijken of ik met TBC besmet ben. Hopelijk hebben ze hier een apparaat met voldoende hoge dosering om door mijn gepantserde lijf heen te stralen 🙂
In Kazachstan is het gebruik, dat de nieuwe eigenaar van vee zijn eigen leidsel gebruikt om het vee naar huis te brengen. Doet hij dat met het leidsel van de verkoper, dan brengt dat ongeluk. Daarom is er op de veemarkt van Wanovka altijd een kleurige keus aan nieuwe touwen riemen en andere hulpmiddelen om de kersverse eigenaren in hun behoefte te voorzien.
Vandaag ben ik met Elmira en Nathalie naar de veemarkt geweest. De winter nadert en daardoor stijgt de prijs van slachtvee. We hebben enkele stieren te verkopen en vanochtend kijken we of de huidige marktprijs ons een beetje aanstaat. We hoeven niet per sé te verkopen, en wanneer de prijs ons te laag is kunnen wij de stieren rustig nog een paar maand op stal laten staan en bijvoeren. Veel Kazachen hebben die luxe niet en moeten periodiek vee verkopen om in hun levensonderhoud te voorzien.
De prijzen zijn duidelijk lager dan vorig jaar. De import van vlees uit buurland China blijkt een duidelijk negatief effect te hebben. Toch is voor Nederlandse begrippen de prijs nog heel goed. Voor rundvlees wordt per kilo geslacht gewicht 320 Tenge betaald (2 euro) terwijl voor paardenvlees de prijs zelfs op 500 Tenge ligt (meer dan drie euro) voor een kilo. Dat komt omdat Kazachen traditioneel in de winter veel paardenvlees eten en ‘s zomers vooral schaap.
Het stormt behoorlijk vanuit het westen. Periodiek komen regenbuien overwaaien. Voor de toeristen die we op dit moment in huis hebben is het geen weer om ver het natuurreservaat in te gaan, maar het vogelringstation in de Chokpak pas is een goed alternatief. De vogeltrek in Kazachstan vindt in de herfst van oost naar west plaats. De trekvogels verlaten het kouder wordende Siberië en trekken ten noorden van het Tien Shan gebergte richting Oezbekistan, het Midden Oosten met voor sommigen als eindbestemming zelfs Afrika. De smalle Chokpak pas tussen het Karatau- en Tien Shan gebergte is één van de weinige hindernissen die de vogels hierbij in Kazachstan tegenkomen.
Het heeft ook hier geregend en er staan behoorlijke modderpoelen op de zandpaden naar het ringstation. De plek blijkt zelfs met onze Sovjet auto nog moeilijk bereikbaar. Op enkele honderden meters afstand van het station blijven we steken op een grashelling. Bij het keren slippen de wielen en om niet nog verder in de problemen te komen laten we de auto staan en bellen voor assistentie van mijn schoonvader’s jeep. In de tussentijd kunnen wij de activiteiten op het ringstation bekijken.
Van een hindernis voor de vogels is—zeker met het weer van vandaag—zonder meer sprake. De wind blaast met kracht uit het westen en wordt tussen de bergketens over de Chokpak pas in oostelijke richting geblazen. De vogels hebben maar één doel, zo snel mogelijk naar het westen, en om daar te komen vliegen ze boven de Chokpak pas uit alle macht vaak maar een halve meter boven de grond om aan de andere kant te komen. Het is als toeschouwer bijna een komisch gezicht. Een vlucht vogels op ooghoogte slechts enkele meters voor je, soms enkele meters terrein winnend als de wind even afneemt, dan weer tien of meer meters teruggeworpen met een nieuwe windvlaag. Juist op de plek waar de meeste vogels de tocht wagen zijn de Helgoland traps van het Chokpak ringstation opgesteld.
4000 schat Arman—één van de medewerkers van het station—zal het aantal te ringen en te onderzoeken vogels vandaag bedragen. Hij wijst op de korven die buiten het telhuisje zijn opgesteld en die nog moeten worden geopend. Per korf zitten er zeker zo’n honderd vogels in en dit is nog maar de vangst van één van de drie Helgoland vangnetten. Baas Andrei Gavrilov is enkele dagen op stap om vogels op een andere lokatie te tellen, maar gelukkig hebben ze assistentie gekregen van Ljena Tsjelikava die normaliter in het Aksu-Zhabagly natuurreservaat onderzoek doet. Ondanks de extra hulp zien de medewerkers er moe uit. De twee maanden van eenvoudige accommodatie en elke dag de hellingen op- en aflopen om de netten te controleren heeft zijn tol geeist. Gelukkig mogen ze over enkele weken als het trekseizoen voorbij is terug naar huis in Almaty om hun gegevens te ordenen en verder onderzoek te doen.
Interessant is te horen dat er regelmatig onderzoekers uit verschillende landen langskomen om onderzoek te doen naar de verspreiding van de vogelgriep. Omdat de Chokpak pas een nauwe trechter is waar alle trekvogels richting Midden Oosten en Afrika langs moeten is het een ideale plek om monsters te nemen en in laboratoria in Engeland en de Verenigde Staten te onderzoeken. Tot nu toe is volgens Arman in geen enkel monster het gevaarlijke H5N1 virus aangetroffen. De kans daarop acht hij voorlopig ook niet zo groot, omdat het virus tot nu toe voornamelijk is gevonden bij grotere en waterminnende vogels zoals ganzen en zwanen en die trekken niet via de Chokpak pas, maar noorderlijker via Siberië naar Europa.
Het moeten voor Nathalie drie lange dagen en nachten geweest zijn. Schijnbaar achtergelaten door mamma bij haar opa en oma omdat mamma zo nodig pappa van het vliegveld in Almaty moest ophalen. Vanochtend gebeurde het onwerkelijke. De auto reed het erf op, met niet alleen mamma, maar ook pappa.
Nathalie was beiden duidelijk nog niet vergeten. Het zeuren dat ze ‘s ochtends nog gedaan had hield spontaan op en ze klom direct bij mamma op de arm. Maar haar blik was niet van pappa af te houden. Hij was terug! Had ze de afgelopen maanden nog steeds gedacht dat hij in de telefoonhoorn woonde—dat is waar ze naar wees als iemand haar vroeg waar pappa was—nu stond hij opeens weer springlevend op de stoep. Een feestdag, want pappa heeft vast ook wel speelgoed en lekkers vanuit Nederland meegebracht.