Standaardisatie, een groot probleem in de Westerse wereld. Wat zou het mooi zijn wanneer alles gestandaardiseerd was. Geen kraampjes meer op de markt waar honderden verschillende maten stofzuigerzakken kunnen worden gekocht, Niet meer op vakantie hoeven met in de tas een verloopstekker voor de vele verschillende stopcontacten die er in de wereld zijn.
Helaas is het nog niet zover, althans niet op alle punten. Enkele weken geleden heb ik in Nederland bij Vogelzang’s Snuffelhoek in Donkerbroek een schenktuit voor een jerrycan gekocht. Vogelzang’s Snuffelhoek is een speciale winkel. Aan de ene kant is het een winkel voor huishoudelijke zaken waar je potten en pannen kunt kopen, schroefjes, kinderspelletjes of je fotorolletjes kunt laten ontwikkelen, aan de andere kant is het een dumpzaak waar legerspullen te koop zijn maar bijvoorbeeld ook grote tenten gehuurd kunnen worden.
De schenktuit die ik gekocht heb is van het type dat op de 20 liter metalen jerrycans past die in het Nederlandse leger worden gehanteerd. Vandaag heb ik de schenktuit geprobeerd op de jerrycans van het Russische leger die wij gebruiken voor benzine en dieselolie en zowaar, het past als gegoten.
Waar stofzuigerfabrikanten het leven van huisvrouwen al jaren moeilijk maken door elke keer maar weer met een ander formaat stofzuigerzak op de proppen te komen hadden de legers op de wereld het al lang door. Ondanks de koude oorlog hebben ze zich in Oost en West geconformeerd naar één formaat jerrycan waarbij zelfs de afmeting van de schenkopening gestandaardiseerd is.
Goede voornemens, iedereen zit er vol mee bij het begin van het nieuwe jaar. Niet meer roken, afvallen, weet ik veel wat er dit jaar in Nederland allemaal weer gewenst wordt. Hoewel Elmira en ik niet echt veel goede voornemens hebben zijn er wel genoeg plannen. Eén van die plannen is dat we in 2006 zullen beginnen met de voorbereiding van ons bouwterrein voor de bouw van onze definitieve woning. Dat had eigenlijk al in 2005 gemoeten maar de geboorte van Nathalie en ons bezoek van twee maanden aan Nederland zorgde voor een wat andere planning.
Voorbereiding van het bouwterrein klinkt nogal vaag en laat ik die term daarom proberen te verduidelijken. We beschikken al een aantal jaren over een huis en hebben daarnaast twee jaar geleden een bouwterrein in het centrum van Zhabagly gekocht, tegenover het hoofdkantoor van het Aksu-Zhabagly natuurreservaat. Dit bouwterrein van 40 bij 80 meter moet uiteindelijk de plek worden waar wij ons definitief gaan vestigen. Achter op het terrein staan een paar oude majestueuse appelbomen.
Eén van de eerste zaken die we willen gaan doen is het terrein omheinen. Niet onbelangrijk in dit land, want wanneer je hier een huis van kwalitatief goede materialen wilt bouwen dan moet je er allereerst voor zorgen dat een ander die materialen al niet meegenomen heeft voor je zelf aan bouwen toe bent. Deze omheining willen we in ieder geval aan de achterkant, en mogelijk ook aan de twee lange zijkanten, laten bestaan uit een gemetselde muur. Een stevige afscheiding tussen mijn en dijn, die we indien nodig aan de bovenkant ook nog van schrikdraad kunnen voorzien. Nu is dat schrikdraad nog niet nodig, maar wanneer we met de hele familie een maand of langer naar Nederland op familiebezoek gaan is een dergelijke beveiliging waarschijnlijk geen overbodige luxe.
Aan de achterzijde tegen de muur aan bouwen we een multifunctioneel gebouw. Dat klinkt heel gewichtig maar het wordt in feite een soort tuinhuis waar we eerst zullen gaan wonen totdat het uiteindelijke huis klaar is. Daarna wijzigt de functie tot weet ik veel. Misschien berging, misschien zomerhuis voor toeristen of een luxe onderkomen voor onze varkens; vandaar de term multifunctioneel. Overigens is dit in Kazachstan geen nieuw verschijnsel. Op veel van de erven in Kazachstan staan twee huizen. Eentje ter grootte van een fikse garage, het tweede met de afmetingen van een normaal huis. Veel gezinnen wonen in de zomer in het grote huis, maar kruipen ‘s winters in het kleine onderkomen omdat ze de stookkosten van de grote woning niet kunnen opbrengen. Niet dat dat bij ons het geval zal zijn, maar het geeft ons wel de mogelijkheid om tijdens de bouw van het uiteindelijke huis—die best enige jaren kan duren gezien de werkmethoden hier en de schaarste van goed personeel—enigszins ruimer en comfortabeler te wonen dan op dit moment het geval is.
Zoals ik al zei, dit is een plan, geen voornemen. Dus hoe dit uiteindelijk vorm zal krijgen zal in de komende maanden op de weblog te zien zijn. In het licht dat veel goede voornemens van mensen al in de eerste helft van januari stranden geef ik ons plan een goede kans.
Tussen Kazachstan en Nederland is er ‘s winters een tijdsverschil van 5 uur. Als ervaren wereldreiziger raak je daar op den duur wel aan gewend, maar voor een kind van zeven maanden is dat allemaal nog wat onwerkelijk. Nu moet ik beginnen met te vertellen dat Nathalie sowieso nogal een laatslaper is. ‘s Avonds om een uur of negen wil ze wel eens een hazeslaapje van dertig minuten pakken, maar de echte grote slaap begint meestal pas om een uur of twaalf of één. Reken daarbij de vijf uren die de klok van Kazachstan voor ligt op die van Nederland en de problemen worden denk ik wel duidelijk. De biologische klok van Nathalie trekt zich niks aan van zonsopgang en zonsondergang en pappa en mamma moeten zich daar maar naar schikken.
Afgelopen nacht sliep Nathalie om vier uur in, de nacht daarvoor was het nog half zes. Er zit dus vooruitgang in en hopelijk zal over een week of zo het ritme weer een beetje normaal zijn. Het enige voordeel: We kunnen nu ‘s ochtends heerlijk tot aan de middag uitslapen…
Er is nog meer sneeuw gevallen gisteren. Zo’n 20 centimeter ligt er nu, maar de zon schijnt nu weer krachtig en hoewel het nog beneden nul is zie je de sneeuwlaag zienderogen kleiner worden. Eén van de verschillen tussen Nederland en Kazachstan. In Nederland kan sneeuw dagen of zelfs weken blijven liggen, zelfs als het dooit omdat de zon niet sterk genoeg is om het te laten smelten, maar hier in Kazachstan is de zonnestraling zo sterk dat zelfs bij temperaturen beneden het vriespunt de sneeuwlaag sublimeert. Het zal nog een dag of drie duren voor de sneeuwlaag helemaal verdwenen is. Een mooie periode om van het verblijf in Nederland en de terugreis op adem te komen en Nathalie weer te laten wennen aan de nieuwe omgeving.
En dat is nodig, want Nathalie heeft eerst maar niets op met baboeshka en diadoeshka hier in Kazachstan. Het lijkt wel of ze vergeten is wie ze zijn, maar na een paar uur verdwijnt de afstandelijkheid en is alles weer als vanouds.
Zelf gebruik ik de tijd om wat zaken af te werken. De fotoserie van de afgelopen twee maanden moet nog op de weblog gezet en zo zijn er nog een aantal zaken die aandacht behoeven. Ik heb op mijn laptop wat werk uit Nederland meegenomen waar ik nu mooi tijd voor heb. Lange dagen achter de laptop op de slaapkamer terwijl Nathalie op bed ligt bij te slapen. Zo heeft Elmira tijd om bij te komen en de 50 kilogram spullen die wij uit Nederland hebben meegenomen een plekje te geven.
Mijn zus die vele jaren in Nederland als apotheker heeft gewerkt kijkt soms vreemd op van de medische middelen die in Kazachstan voorhanden zijn.
Aan de oostkant van de Oeral gebruikt men van oudsher een huismiddeltje om oren te ontdoen van overtollig oorsmeer en ongerechtigheden. In dit procedé wordt een krant opgerold tot een trechter. Het dunne deel van de trechter wordt in het oor gestopt en de krant wordt aan de andere kant met een lucifer aangestoken. Door de trek die ontstaat wordt het oorsmeer uit het oor getrokken. Mogelijk vergemakkelijkt dit proces doordat het oorsmeer door de warmte van de vlam wat dunner wordt.
Dit huismiddeltje is sinds kort in verbeterde vorm te verkrijgen bij de betere apotheek. Het is al enige jaren in Rusland verkrijgbaar, maar in sommige apotheken in Almaty is het nu ook te verkrijgen. Deze fabrieksmatige versie van de opgerolde krant bestaat uit een langzaam brandende buis van zo’n 20 centimeter lang die in het oor wordt gestoken. De laatste centimeters van de buis zijn intern bekleed met aluminiumfolie waarop het vuil zich afzet. Wegens goede resultaten van dit middel bij Elmira’s familie in Rostov in Rusland besloten we in Almaty een proefpakketje te kopen. Vanavond was ik het eerste slachtoffer.
Na een massage van het oor met babyolie lig ik hier nog schijnbaar ontspannen te wachten op de dingen die komen gaan.
Er blijkt een behoorlijke vlam te ontstaan bij het aansteken van de pijp. Elmira had mij verklaard dat er “alleen wat rook” uit zou komen, maar dit is andere koek. De lach is dan ook van mijn gezicht verdwenen…
Tijdens de ongeveer zeven minuten die de pijp nodig heeft om tot de aangegeven lijn op te branden hoor ik continu het suizen van een schoorsteen met daardoor een tikkend geluid dat veel overeen komt met het spatten van harshoudend hout in een open haard; alsof het oorsmeer door de vlam wordt opgebrand. Aan het eind van de schoonmaakbeurt hebben we het ondereind van de buis open geknipt om het resultaat te zien. Duidelijk is bovenin de foto op het aluminiumfolie het afgezette oorsmeer te zien.
Nou nog kijken of het inderdaad resultaat gehad heeft. “He, Wat zeg je Elmira?”.
Oh ja, bijna vergeten, ik hoor nu tijdelijk even wat slechter door de watten die een kwartier in het oor moeten blijven.
Voor de liefhebbers die het ook eens willen proberen, de website van de fabrikant is te vinden op www.fitosvechi.ru.
Met de taxi gaan we naar het treinstation. Met 50 kilo bagage, twee rugzakken en Nathalie wordt het wat teveel om met de bus te gaan. De taxi zet ons voor het station af en door de motregen zoeken we naar onze wagon. We zitten in de achterste coupé dus het is nog een heel gesjouw met de koffers door het smalle gangpad.
Gelukkig is Nathalie ‘s nachts niet erg luidruchtig. Wel had ze ook deze nacht weer moeite met inslapen vanwege het tijdsverschil maar de medepassagiers hebben daar weinig last van gehad.
Gedurende het hele traject ligt er geen sneeuw, maar wanneer we Tjulkebas naderen wordt het buiten wit. Waar een dag daarvoor volgens de provodnik nog regen was gevallen lag nu een dikke laag sneeuw. Voor de zekerheid belt Elmira nog even met Ruslan of ze al uit Zhabagly vertrokken zijn om ons op te pikken en dat blijkt het geval. Wanneer we echter in Tjulkebas uitstappen is er nog geen spoor van onze auto met reclamekoe te bekennen.
Zhabagly bleek zonder sneeuw te zijn toen Ruslan en mijn schoonvader daar vertrokken maar na een paar kilometer werd de weg wit. Zeker het laatste stuk hebben ze langzaam gereden omdat daar nog ijzel onder de sneeuwlaag ligt van een dag daarvoor. Daarom hebben ze wat langer nodig gehad dan gepland, maar gelukkig komen ze na een minuut of vijf de bocht om. Het weerzien is hartelijk en we sjouwen de bagage naar de auto.
Een Lada Zhiguli heeft een duidelijk kleinere kofferbak dan de gemiddelde westerse auto. Dit komt omdat het reservewiel links in de kofferbak is opgesteld en de benzinetank rechts. Heel handig op de wegen hier in Kazachstan, want daardoor komt de bodemplaat van de auto verder vrij van de weg, maar voor het vervoer van onze mamoetkoffer die Elmira mij met Sinterklaas cadeau gedaan heeft wel wat lastig. Gelukkig zit de imperiaal nog steeds op het dak. Mijn koffer past samen met mijn rugzak precies in de kofferbak, de koffer van Elmira gaat op het dak; vastgesjord met de sjorbanden die ik voor een appel en een ei een aantal maanden geleden bij de Lidl gekocht heb. Absoluut één van mijn beste aankopen allertijden. We stappen in en ik kruip achter het stuur. Rustig rijd ik weg want met de achterwielaandrijving die deze auto nog heeft kun je gemakkelijk uitbreken op een gladde weg. Aan de andere kant maant dat ook tot voorzichtigheid waardoor je automatisch rustiger gaat rijden dus misschien is het zo slecht nog niet. Met een gangetje tussen de dertig en veertig tuffen we naar Zhabagly waar we na ruim een half uur aankomen.
Ons plan is om ‘s ochtends vroeg direct naar het treinstation te gaan om daar kaartjes te kopen voor onze reis naar Zhabagly. Onze biologische klok blijkt echter hetzelfde defect te vertonen als die van Nathalie. Pas tegen een uur of elf gaan onze oogjes voor de eerste keer open.
We spoeden ons met de bus naar het treinstation. We blijken niet de enigen die met dit weer het openbaar vervoer prefereren boven de benenwagen en bij het treinstation is het even dringen om de uitgang te vinden. Bij het eerste kaartjesloket hebben we geen geluk. Alle kaartjes voor de treinen van vandaag en morgen blijken al verkocht te zijn, waarschijnlijk aan speculanten. Bij een ander loket proberen levert waarschijnlijk geen beter resultaat op omdat de kaartjes uitgegeven worden via een centrale computer van de spoorwegmaatschappij. We proberen het daarom op de Kazachse manier.
We lopen de hal van het treinstation Alma-Ata 2 binnen waar we binnen enkele seconden worden aangeschoten door iemand die vraagt of we nog kaartjes nodig hebben. Vanavond naar Shymkent als het kan. Dat blijkt mogelijk en midden in de centrale vertrekhal staat iemand die de kaartjes verkoopt. Twee volwassenen kaartjes kosten na wat onderhandelen 4500 Tenge per stuk. Wel wat meer dan de 2800 die we er normaal voor moeten betalen, maar een paar nachten in Almaty overnachten om te wachten op een regulier vervoersbiljet via een loket kost ook geld dus wij schaffen ons twee van deze documenten aan. We controleren nog even of alles klopt: treinnummer, datum, etc. en lopen dan naar een nabijgelegen restaurant voor ons middagmaal.
Nadat we ons tegoed gedaan hebben aan kipfilet gegarneerd met paddestoelen in kaassaus gaan we in de buurt nog even winkelen. Door mijn computeractiviteiten heb ik al jaren lang verstijfde spieren in mijn nek—hoewel ik er zelf geen last van heb—en Elmira heeft zich tot doel gesteld die betonnen spiermassa weer tot een kneedbaar geheel te maken. In een boekwinkel ligt een instructieboek voor masseurs en we schaffen dat daarom aan. We lopen ook nog even terug naar het treinloket om twee kaartjes te kopen voor toeristen die ons in februari zullen bezoeken. Ze willen graag in een tweepersoonscoupé reizen en daar zijn er niet zoveel van, dus we kunnen maar beter nu die kaartjes kopen nu ze nog niet door de tussenhandel opgekocht zijn. Alhoewel dat in februari waarschijnlijk wel mee zal vallen omdat er in die periode geen feestdagen zijn waarop iedereen met de trein wil.
We nemen vervolgens een taxi naar de grote markt. Elmira heeft haar zinnen gezet op een stel warme winterschoenen. Twee jaar geleden heeft ze hier een paar gekocht en die bevielen goed maar zijn inmiddels redelijk versleten. Helaas blijkt het assortiment nogal veranderd te zijn en niet ten goede. Ik grap tegen haar dat we volgende week wel in Shymkent kunnen kijken omdat de mode op het platteland altijd een paar jaar achter loopt op de mode in de grote stad, maar die opmerking valt niet in goede aarde. Uiteindelijk lukt het ons niet om schoeisel voor Elmira te vinden, maar ik vind wel een passende riem bij een riemenspecialist. Ook als ik groei hoef ik geen problemen te verwachten. Deze boetiek heeft riemen voor een buikomvang tot 1,70 meter in het assortiment dus ik kan nog even vooruit. Maar waarschijnlijk zal Elmira mij niet toestaan dat ik tot die omvang uitgroei.
Als we teruglopen komt net onze bus 446 eraan. Er zitten niet al te veel passagiers in en we springen erin. Na een dik half uur zijn we terug bij het vliegveld waar we nog even leeftocht voor de nacht inslaan en vervolgens teruggaan naar baboeshka om onze koffers in te pakken.
Ongeveer een half uur voor de landing meldt de cockpit zich met het actuele weerbericht. Het is in Almaty voor de tijd van het jaar uitzonderlijk warm. Vijf graden boven nul met een lichte motregen. Heel wat anders dan de vrieskou waarop wij ons hadden ingesteld en de dikke wanten kunnen daarom waarschijnlijk in de tas blijven.
Het is de eerste keer dat Elmira via het nieuwe luchthavengebouw Kazachstan binnenkomt en ze is onder de indruk van de snelle afhandeling. Geen lang gezeur bij de paspoortcontrole en de bagage hoeft niet nog eens door de Röntgencontrole zoals vroeger wel het geval was. Ook de invulling en controle van de declaratieformulieren behoort tot het verleden.
Gelukkig blijven er ook dingen Kazachs zoals de lopende banden waarop de bagage de aankomsthal binnenkomt. Bij de bouw van de aankomsthal heeft men alles uitgerust zoals op een moderne luchthaven. Meerdere bagagebanden met bij elke band een televisiescherm waarop de vluchtnummers kunnen staan van de bagage die op die band wordt afgehandeld. “kunnen staan”, want in Almaty gaat dat wat anders. In de internationale aankomsthal zijn twee bagagebanden waarbij Lufthansa het televisiescherm bij de rechter band afgehuurd heeft om 24nbsp;uur per dag reclame voor die luchtvaartmaatschappij te maken. Op het andere scherm staat een voor mij onbekende kreet in het Russisch. Elmira heeft zich in een hoek bij de Lufthansa band geposteerd, kennelijk omdat ze verwacht dat daar onze bagage uit zal komen.
Nou, zo werkt het in Almaty dus niet. De bagage wordt vanuit de centrale bagageruimte willekeurig op de banden geplaatst en zo komen na zo’n tien minuten wachten onze koffers op twee verschillende banden naar buiten. We pakken ze van de band en lopen naar de uitgang waar de controle plaatsvindt of de nummers van de bagagelabels wel overeenkomen met de labels die wij bij het inchecken gekregen hebben. Een controle die praktisch nergens ter wereld op een luchthaven gebeurt, maar die mijns inziens zeer goed is, omdat zo op een hele goede wijze wordt voorkomen dat iemand de bagage van een ander meeneemt. Zo gek zijn ze in Kazachstan nog niet.
Buiten is het weer zoals de piloot ons al doorgegeven had. Miezerig maar niet koud. Elmira heeft mij op Sinterklaas een grote nieuwe koffer met wieletjes gegeven. Daardoor geen gezeul meer met een uitpuilende reistas. Een uitkomst om de paar honderd meter naar het appartement van baboeshka af te leggen. Na een paar keer aan te bellen—baboeshka blijkt in diepe slaap verzonken wat niet zo gek is om drie uur ‘s nachts zijn we dan eindelijk op de plaats waar we de nacht zullen doorbrengen.
Nathalie heeft echter nog geen zin in slapen. Deze baboeshka is haar grote vriendin en volgens de biologische klok is het nu nog maar tien uur Nederlandse tijd. Dus wat geeft het dat de zon al een tijdje onder is. Uiteindelijk is het tegen vijven dat we onze ogen dicht doen.