De stroom wordt in Kazachstan boven de grond getransporteerd. Om ons aansluitpunt voor bouwstroom te kunnen monteren hebben we daarom een elektriciteitspaal op ons bouwterrein nodig. Op het terrein van de voormalige kippenslachterij zijn nog enkele betonnen elektriciteitspalen over die hiervoor gebruikt kunnen worden. We hebben er één gekocht en vanavond heeft de kraanmachinist tijd om hem te plaatsen. Hier wordt de kraan op de wagen achter onze ZIL vrachtwagen getild zodat wij hem kunnen vervoeren naar het dorp een paar kilometer verderop.
Ons huis wordt grotendeels van gewapend beton, wat door de lokale bevolking nogal vreemd wordt gevonden. Zij houden het liever bij minder duurzame maar gemakkelijker te verwerken bouwmaterialen zoals leem, of ongebakken stenen van geperste klei. Het argument dat wij vaak horen is dat een betonnen huis ontzettend koud zal zijn. Natuurlijk is dat zo, wanneer je sec naar de warmtetransmissiecoëfficiënt en de geplande dikte van onze muren kijkt. Maar in tegenstelling tot de huizen hier gaan we isolatie materiaal aanbrengen en niet het eerste het beste. De buitenwand van de betonschaal zal worden omgeven met een laag geëxtrudeerd polystyreenschuim (XPS) dat één van de laagste warmtetransmissiecoëfficiënten heeft van alle isolatiematerialen. Ons oorspronkelijke plan om gebruik te maken van gespoten polyurethaanschuim laten we maar even in de kast. Hoewel er bedrijven zijn die dit schuim kunnen opspuiten zijn de technische mogelijkheden hier nog zodanig dat het moeilijk wordt om vervolgens een glad afgewerkte muur te krijgen.
De stapel op de foto is de hele voorraad die in Shymkent te koop was, ongeveer 110 m². De rest hebben we besteld en komt ongeveer in december per container uit Turkije. Je moet hier een lange adem hebben als je in een bouwproject gebruik wilt maken van niet alledaagse bouwmaterialen.
Ons nieuw te bouwen huis komt op een glooiende helling. Om te bepalen hoe ondermeer de riolering het beste kan worden aangelegd met zo weinig mogelijk diep graafwerk heb ik de afgelopen dagen het hoogteprofiel van ons bouwterrein volledig ingemeten. Voor dit werk had ik bij het lokale waterschap een theodoliet kunnen lenen—mijn schoonvader heeft jaren bij het waterschap gewerkt—maar daar heb ik bewust niet voor gekozen. Die theodoliet is zo’n 20 jaar oud en de kans dat hij nu nog zuiver waterpas is acht ik niet zo groot.
In plaats daarvan heb ik het hoogteprofiel van ons bouwterrein bepaald met een goedkope, maar zeer nauwkeurige methode. Een met water gevulde slang, aan beide uiteinden voorzien van doorzichtige buisjes heb ik aan twee stelpalen gehangen waarmee ik het hele terrein in stappen van 8 meter heb uitgemeten. Door het principe van de communicerende vaten zal het water in beide peilglazen even hoog staan. Die stand kan worden afgelezen op de meetband die ik beide stelpalen heb bevestigd.
De hoogtekaart van ons terrein heb ik vervolgens met mijn computer visueel gemaakt. De smalle rechter zijkant grenst aan de weg. Het grootste hoogteverschil dat ik heb gemeten is 175 centimeter. Duidelijk is te zien dat er bij ongeveer 64 meter vanaf de weg een dal zit. Dat moet worden opgevuld om te voorkomen dat daar regenwater blijft staan en niet doorstroomt tot de achterzijde van ons erf.
Voor de bouw van ons huis is het de bedoeling grotendeels gebruik te maken van drie soorten bouwmaterialen, gewapend beton voor de constructie, gespoten polyurethaanschuim voor de isolatie en verzinkt staal voor de omheining. Voor alle drie de producten had ik tot nu toe geen goede leverancier gevonden. Beton is een product dat iedereen hier in Kazachstan kent, maar de kwaliteit laat veel te wensen over. Het zand is van slechte kwaliteit, het cementgehalte te laag en het watergehalte te hoog zodat het “lekker vloeibaar” wordt. Resultaat is dat betonnen constructies al na een paar jaar opgelapt moeten worden omdat er brokken vanaf vallen. Gespoten polyurethaan is in de landen van de voormalige Sovjet Unie een bekend verschijnsel. Het wordt gebruikt om de heetwaterleidingen van blok- en stadsverwarmingsystemen te isoleren. Het heeft isolatieeigenschappen die superieur zijn aan die van andere isolatiematerialen zoals glaswol en polystyreenschuim, maar ook daar heb ik tot nu toe geen leverancier van kunnen vinden. De enige verzinkerij die ik heb kunnen ontdekken zit in de buurt van de stad Karaganda, zo’n 1500 kilometer vanaf Zhabagly. Een beetje ver om met ons hekwerk heen en weer te rijden om het te laten verzinken.
Vanochtend was ik op internet via Google weer eens aan het zoeken naar potentiële leveranciers, en bij toeval stuitte ik op de website van ElectroKhimZashcita, een onderaannemer voor energiewerken. Hun Russischtalige site is voor de gemiddelde bezoeker van mijn weblog waarschijnlijk een beetje lastig te volgen, maar de Engelstalige pagina die ik in een business directory vond laat weinig te wensen over. Polyurethaan isolatie, corrosiebescherming en bouwen in monolitisch beton behoren tot hun kernactiviteiten. En wat mooier is, ze hebben vestigingen in geheel Kazachstan, maar hun hoofdkantoor en kernpunt van de activiteiten bevindt zich uitgerekend in Shymkent. Elmira heeft er daarom vanochtend direct maar een telefoontje aan gewaagd. Hun diensten lijken zeer flexibel te zijn. Beton op bestelling geleverd in elke gewenste betonklasse en bovendien hebben ze allerhande interessante soorten bouwmaterialen in het assortiment zoals gebakken bakstenen en dakpannen. We waren van harte uitgenodigd om ons bouwplan met hun te bespreken.
Wanneer de weg naar Shymkent weer een beetje redelijk wordt zal dat ongetwijfeld één van onze eerste bestemmingen zijn.
Zo ongeveer elk land kent wel zijn standaardisatiebureau. Een organisatie belast met het standaardiseren van allerhande dagdagelijkse zaken. Denk hierbij aan de afstand tussen de gaten in het stopcontact, diameter en dikte van rioleringsbuizen zodat die netjes in elkaar passen en de treksterkte van wapeningsstaal voor constructies in gewapend beton.
Het voordeel van dergelijke standaarden is dat het gemakkelijker wordt om systemen op elkaar aan te sluiten. Stel je voor dat je een televisie gekocht hebt waarvan de pennetjes van de stekker vijf millimeter dichter bij elkaar staan dan het stopcontact thuis. Dat komt gelukkig niet voor omdat de fabrikant van de stekker zich aan dezelfde standaard geconformeerd heeft als de fabrikant van het stopcontact. Standaarden zijn daardoor gemakkelijk binnen een land, of binnen een groep landen die zich aan één standaard geconformeerd hebben, maar bij grensoverschrijdende activiteiten kan het wat ingewikkelder worden.
In Nederland worden in beton hoofdzakelijk drie soorten betonstaal gebruikt: FeB 220, FeB 400 en FeB 500. De eerste twee soorten komen voor in oudere constructies, tegenwoordig wordt eigenlijk alleen nog FeB 500 toegepast. De 500 slaat op het aantal Newton per vierkante millimeter dat aan het staal getrokken kan worden voor het begint te vloeien. Voor FeB 500 betekent dat dat per vierkante millimeter ongeveer 50 kilogram aan de staaf moet worden gehangen voor het vloeit. Of omgerekend voor een staaf met een nominale diameter van 10 mm betekent dit een gewicht van bijna vier ton. Best veel eigenlijk als je daar over nadenkt. Een staaf wapeningsstaal met een diameter kleiner dan mijn pink begint pas zichtbaar uit te rekken wanneer ik er vier personenauto’s aan hang.
Om een goede berekening te kunnen maken van de diameters en aantallen staven in de betonnen constructies van ons huis kan ik niet zonder meer uitgaan van de voor Nederland gangbare eigenschappen van wapeningsstaal. Daarom heb ik mij vandaag verdiept in de Sovjet standaarden. Voor bouwwerken in Kazachstan wordt namelijk nog steeds teruggegrepen op de standaarden die in de communistische tijd zijn opgesteld. Voor wapeningsstaal wordt de standaard ГОСТ 5781-82 toegepast. Via internet heb ik een (Russischtalig) exemplaar van de standaard op de kop weten te tikken en deze geeft een schat aan informatie.
Wat allereerst opvalt in de ГОСТ 5781-82, is dat er veel meer typen betonstaal zijn gedefiniëerd dan in Nederland gebruikelijk zijn. Er zijn zes klassen A-I tot en met A-VI, waarbij een hoger nummer een hogere treksterkte aanduidt. Voor betonstaal uit de klasse A-I ligt de vloeigrens bij 235 N/mm², ongeveer vergelijkbaar met ons FeB 220 staal, terwijl A-VI een vloeigrens heeft van 980 N/mm². Dat is een factor twee hoger dan ons Nederlandse FeB 500. De hogere klassen wapeningsstaal zullen echter ongetwijfeld niet in de reguliere handel te verkrijgen zijn omdat aan deze staalsoorten zeldzame metalen als zirkonium en titanium zijn toegevoegd om de hoge treksterkte mogelijk te maken. Ik kan mij voorstellen dat dergelijk betonstaal alleen is toegepast in militaire complexen en metrostations die in de tijd van de koude oorlog tevens als atoomschuilkelder dienden.
Op dit moment in Kazachstan gangbaar betonstaal is van het type Ст35ГС, dat in klasse A-III valt. Dit staal heeft een vloeigrens van 390 N/mm² en een minimale buigstraal van drie maal de diameter; eigenschappen die ongeveer overeenkomen met het in Nederland gebruikte FeB 400. Nu weet ik in ieder geval met welke materiaaleigenschappen ik rekening moet houden bij het berekenen van de hoeveelheid wapening in de constructie van ons huis.
Vandaag sneeuwt het door. De twintig centimeter is ruimschoots gepasseerd en het ziet er niet naar uit dat het sneeuwen vandaag zal ophouden. Er op uit zit er vandaag niet in. Zhabagly ligt zuidelijk van de Chokpak pas en de centrale weg tussen Almaty en Shymkent noordelijk. Over de tien kilometer lange verbindingsweg van Zhabagly naar de centrale weg waait een stevige dwarswind die gemakkelijk hoge sneeuwduinen veroorzaakt. Een half uur na het schoonschuiven van de weg kan die daardoor al weer helemaal dicht zitten. Met name de bocht even zuidelijk van het dorpje Abaïl is berucht. Twee jaar geleden waaide de sneeuw daar op tot een hoogte van 2,5 meter. Daarom blijven we vandaag maar liever binnen.
Ik heb nog genoeg werk liggen om te doen. Nu het hoofdontwerp van ons huis klaar is komt de detaillering. Van de bouwvakkers in Kazachstan mag je niet al te veel latente kennis op het gebied van bouwkunde verwachten. Velen zijn niet meer dan drop-outs van het schoolsysteem die weinig meer dan een hamer en een schep konden hanteren. Daarom is het noodzakelijk alle belangrijke details vooraf uitgewerkt, uitgerekend en uitgetekend te hebben. Vandaag begin ik met de tekeningen van de funderingen en de details van de wapening in het beton. Hoewel het huis intern een groot aantal kleinere en grotere vertrekken kent is het funderingsplan relatief eenvoudig. De buitenmuur is rechthoekig van vorm op de opening van de overdekte veranda na. Binnen zijn vier dragende dwarsmuren die de binnenruimte opdelen in vertrekken met een breedte van elk 3,95 meter. Een ideale maat voor het leggen van vloerbedekking. Een dragende binnenmuur in de langsrichting zorgt voor de nodige stabiliteit in de lengte. Samen met de betonnen vloer en zolder ontstaat een driedimensionale structuur die bij een eventuele aardbeving voldoende starheid moet geven om het huis overeind te houden. Van alle funderingen maak ik detailtekeningen van de wapening. Want wapening is iets wat men bij voorkeur hier in Kazachstan zo weinig mogelijk gebruikt omdat betonijzer relatief duur is ten opzichte van andere bouwmaterialen. Het wordt bovendien vaak verkeerd toegepast, of te dicht op het betonoppervlak waardoor roestvorming en verzwakking van de structuur ontstaat.
Een kelder komt er niet. Hoewel in onze eerdere plannen steeds in een kelder of souterain was voorzien hebben we daar bij dit uiteindelijke ontwerp vanaf gezien. De problemen om in de rotsharde bodem een koele ruimte uit te hakken wegen niet op tegen de voordelen van een ondergrondse koele ruimte. Voedsel dat echt koel moet staan kan in de koelkast; voor het overige biedt onze bijkeuken van 12 vierkante meter voldoende ruimte voor opslag. En zaken die we voor lange tijd niet nodig hebben kunnen in de garage of op zolder. Want in tegenstelling tot de gangbare huizen hier waar het dak uit weinig meer bestaat dan een raamwerk van latten waarop golfplaten zijn gespijkerd zal op ons huis een van binnenuit bereikbare, van weer en wind afgesloten en eventueel bewoonbaar te maken zolderverdieping krijgen.
Eén van mijn favoriete software programma’s is Floorplan van IMSI. Het is een programma waarmee eenvoudig huizen kunnen worden ontworpen en in 3D bekeken. Op die manier kan in een paar uur een ontwerp worden gemaakt, en worden beoordeeld op zijn voor- en nadelen. Het meest recente ontwerp van het huis dat we hier in Kazachstan willen bouwen had een zolderverdieping waarop de slaapkamers zijn gelegen. Nadat ik een maandje geleden tijdens een warme dag een satellietschotel bij mijn ouders heb geinstalleerd waarvan de bekabeling via de zolder liep ben ik echter anders over die oplossing gaan denken. Vlak onder een dak kan het met een brandende zon behoorlijk heet worden en aan een brandende zon hebben we in Kazachstan ‘s zomers geen gebrek. Het ontwerp is daarom wederom veranderd tot een huis met slechts een benedenverdieping en een puntdak, meer lijkend op de huizen hier in Kazachstan dus. Onder het puntdak is voldoende ruimte om spullen op te slaan die we voor langere tijd niet nodig hebben, zoals campingspullen en andere attributen die alleen in het toeristenseizoen nodig zijn.
De buitenmaten zijn door de kamer-herschikking wat groter geworden, maar vierkante meters kosten toch bijna niets. Toen ik enkele weken geleden naar Kazachstan vloog zat het vliegtuig vol met Nederlanders vanwege een meeting over hoogbouw in Kazachstan. Toen hoorde ik enkele directeuren van grote Nederlandse bouwbedrijven in de wachtruimte van Schiphol tegen elkaar zeggen: “Ze hebben zoveel ruimte en zo weinig mensen, en toch zijn ze in Kazachstan zo gek dat ze de hoogte in willen bouwen”. Ik heb dat advies van Neerlands topje van bouwers nu ter harte genomen. Het huis wordt plat en laag. Ook goed voor de oude dag als ik een oud opaatje word dat niet meer trappen kan beklimmen. Ik kan dan nog heel lang samen met Elmira van ons huisje dicht bij de bergrand genieten.
Vandaag was het eindelijk zover. Van het kadaster was een ambtenaar beschikbaar om onze twee terreinen in te komen meten. Elmira heeft haar vanochtend uit Wanovka opgehaald. Het inmeten van een bestaand bouwterrein is nog niet zo gemakkelijk. Allereerst moet de werkelijke erfgrens worden bepaald. In Nederland kennen we dergelijke problemen al lang niet meer omdat in het kadaster daar elke vierkante meter is toegewezen en opgetekend, maar bij ons in Kazachstan gaat dat nog net als in de tijd van Napoleon toen het Kadaster werd ingevoerd.
In 1810 werd Nederland onderdeel van het Franse keizerrijk. Op dat moment werden allerlei wetten verplicht, waaronder de wet op het innen van grondbelasting. Om grondbelasting te kunnen innen was het noodzakelijk van alle terreinen de afmetingen en eigenaar te kennen. Geen triviale zaak overigens. Op 21 oktober 1811 werd bij keizerlijk decreet vastgesteld dat in Nederland een kadastersysteem naar Franse norm moest komen, maar het duurde tot 1 oktober 1832 voor alle percelen waren opgemeten en in het archief vastgelegd. Probleem daarbij was ondermeer dat na de ineenstorting van het Franse keizerrijk er een aantal jaren geen metingen werden verricht.
Het zal 180 jaar geleden in Nederland ongeveer net zo gegaan zijn als nu bij ons. Over het hek hangende buren die verklaren dat die pruimenboom daar in de hoek dertig jaar geleden door hun geplant is en dat opa in het schuurtje daarachter nog zijn eerste arreslee had gemaakt. Vanwege onze twee bouwterreinen hebben we te maken met vier buren, waarvan er maar één bleek te bezitten over een officiële plattegrond van hun terrein. Bij de andere buren is de grens vastgesteld op grond van logische overwegingen zoals plaatsing van schuurtjes, muurtjes of bomenrijen. Ons bouwterrein in het centrum van het dorp is nu officieel vastgesteld als een trapeziumvorm met een grootste breedte van 36 meter en een kleinste breedte van 33 meter. De diepte is 84,5 meter. Dat levert ons totaal 2915 vierkante meter bouwterrein op. Voldoende om ons stulpje op te bouwen. Ons tweede terrein bleek meting beduidend smaller dan op de originele plattegrond van het huis, wat ons vermoeden doet versterken dat er huisnummers door elkaar zijn gehaald waardoor ons huis abusievelijk als afgebroken te boek staat. Hopelijk komt hier de komende weken duidelijkheid in.
Op de foto overhandigt een buurvrouw de officiële plattegrond van hun terrein aan de meet-ambtenaar.
Omdat er maar één ambtenaar beschikbaar was om onze terreinen te meten helpt Elmira hier met het meetlint om de terreinafmetingen te bepalen.